25 jaar ARK: Verborgen Valleien
‘De Verloren Vallei’ klinkt als de titel van een spannend jeugdboek. Klopt helemaal. Maar de naam verwijst ook naar een prachtig natuurgebied. Zelfs naar meer dan één. Het bekendste is waarschijnlijk de Verloren Vallei in Zuid-Afrika, een befaamd wetland, rijk aan kraanvogels. Veel minder bekend, vele malen kleiner, maar óók heel bijzonder is de Verloren Vallei bij Maastricht: een kloof in de kalkrotsen van het Sint Pietersbergmassief, net over de grens in Wallonië. Die kloof, of beter gezegd dagbouwgroeve, vormt het begin van een eveneens spannend avontuur, ‘Verborgen Valleien’ geheten.
Plan Verborgen Valleien
In 1999 bracht ARK het rapport ‘Verborgen Valleien’ uit. Auteur Bart Peters (nu Bureau Drift) gaf hierin een nieuwe kijk op de eindinrichting van mergelgroeven in Zuid-Limburg. In tegenstelling tot de onderaardse mergelgroeven (‘grotten’), waren van de moderne dagbouwgroeven eind vorige eeuw maar weinig mensen gecharmeerd. Het meest bekende schrikbeeld was de afgraving van het Plateau van Margraten, een grootschalige afgraving waartegen fel werd geprotesteerd, en die uiteindelijk in die vorm en afmeting nooit meer heeft plaatsgevonden.
Ondanks dit roerige verleden vormen verlaten dagbouw mergelgroeven indrukwekkende landschappen. Vanuit het dal gezien met steile, hoge rotswanden; vanaf het plateau bekeken met diepe afgronden. Het meest fascinerend in deze landschappen is de kracht van de natuur. Die maakt dat kraters en kloven geleidelijk in verborgen valleien veranderen, met een ongekende schoonheid en rijkdom aan planten en dieren. De Verloren Vallei ten zuiden van Maastricht is krap dertig meter breed en enkele honderden meters lang, maar ondanks die bescheiden afmetingen ongepland hét toonbeeld geworden van spontane natuurontwikkeling in verlaten groeves. Het is deze vallei die model stond voor het vernieuwende plan ‘Verborgen Valleien’.
Klassieke afwerking
De klassieke manier in de vorige eeuw om een dagbouw mergelgroeve af te werken was volstorten met afval en grond. Dat afval kon huisvuil zijn, maar bijvoorbeeld ook onbruikbare vuursteen. Met een dikke laag löss eroverheen werd de groeve weer terug gevormd tot landbouwgrond op een glooiende ondergrond. Resten van steile kalksteenwanden werden met löss afgesmeerd, tot een flauw talud. De gangbare filosofie bij afwerking was: de aantasting van het cultuurhistorische landschap met zijn graften en terrassen moet worden hersteld en er moeten stabiele, veilige hellingen worden gecreëerd.
Nieuwe filosofie, rijke natuur

Eigen aan natuurontwikkeling door ARK is het vrij spel geven aan de natuurlijke, landschapsvormende processen. Op weinig plekken in Nederland zijn deze spectaculairder dan in verlaten groeves met abrupte hoogteverschillen van enkele tientallen meters, met regenerosie, aardverschuivingen, puinwaaiervorming en hellingval. Het resultaat is een ideale leefomgeving voor pioniersoorten als rugstreeppad, vroedmeesterpad of zandloopkever. Weinig plekken in ons land ook, waar het microklimaat zulke extremen kent, variërend van vochtige, koele, beschaduwde noordhellingen vol varens en (korst)mossen tot droge, hete, zonovergoten zuidhellingen, biotoop voor zonneroosje, tijm, muurhagedis en plek voor baltsende koninginnenpages. Bijzonder zijn ook de bronmilieus waar zich kalkmoerasjes vormen en geelbuikvuurpadden leven, de richels op de kalkwanden waar oehoes en vale gieren neerstrijken, de ravijnbossen met lianen, waar bomen hun uiterste best doen om rechtop te blijven staan. Kortom een avontuurlijk landschap voor mens, plant en dier. Maar ook een veilig heenkomen voor alle typische soorten uit het mergelland, die uit de alsmaar intensiever gebruikte landbouwgebieden worden verjaagd.
Aan de slag
Het plan Verborgen Valleien werd in 1999 enthousiast ontvangen door overheid, mergelwinners en natuurorganisaties. Met het oprichten van een werkgroep Verborgen Valleien in 2000 besloten de partijen gezamenlijk de mogelijkheden te onderzoeken om het plan in praktijk te brengen. In groeve ’t Rooth bij Bemelen is het verschil tussen de oude en nieuwe manier van afwerking duidelijk te zien. Terwijl een paar jaar geleden nog één van de meest karakteristieke en fotogenieke kalkwanden van Zuid-Limburg werd weggewerkt onder löss, volgens de oude vergunningvoorschriften, wordt hier nú, in de laatste fase van mergelwinning, de filosofie van Verborgen Valleien gevolgd. De ENCI-groeve bij Maastricht is een andere bekende mergelgroeve van formaat. In het ‘Plan van Transformatie ENCI-gebied’ uit 2010 geldt Verborgen Valleien als uitgangspunt voor de uiteindelijke vormgeving van deze groeve. Inmiddels is ook de term ‘mergeltoerisme’ in gebruik; het landschap van de verborgen valleien als toeristische trekpleister. Hier wordt de bezoeker niet alleen ondergedompeld in waanzinnige natuur, maar maakt ook letterlijk een diepe afdaling in de tijd. Zestig miljoen jaar terug, naar het tijdperk van de Mosasaurus.
Gedachtengoed verspreiden, gebieden verbinden
Praktische betrokkenheid bij de afwerking van groeves heeft ARK niet. Wel zet(te) ARK zich in voor een brede verspreiding van het gedachtengoed, dat velen aanspreekt, maar bij anderen ook (oude) gevoeligheden oproept. Een goede uitleg over Verborgen Valleien is daarom steeds belangrijk geweest. Vandaar het excursieprogramma van ARK in de ENCI-groeve in 2003, 2004 en 2008 en het veldlessenprogramma voor de basisschool in groeve ’t Rooth vanaf 2004 tot op de dag van vandaag.
Vale Gier en Wild Zwijn Haccourt
Verder betrekt ARK de groevemilieus bij zijn huidige plannen en projecten in het Drielandenpark. Bijvoorbeeld bij het oehoe-project (onderzoek en bescherming) en het project Dood Doet Leven (groeve als onderkomen van overzomerende vale gier). Bij onze nieuwste projecten in het Geuldal zijn de groeves wederom in the picture. ARK zet zich bij deze projecten in voor de ontwikkeling van het Geuldal als groene corridor, zodat voor soorten als de wilde kat de hellingbossen en verborgen valleien langs de Geul als nieuw leefgebied beter bereikbaar worden. Ook herstelt ARK gedraineerde bronnen langs de Geul en herstelt deze als natuurlijk habitat van de geelbuikvuurpad, zodat bestaande populaties van deze zeldzame soort in de groeves, versterking krijgen door een netwerk van subpopulaties langs de Geul.
Terug naar het begin
Met de verbinding tussen Geuldal en mergelgroeves belandt dit verhaal in feite weer bij het begin, bij het ontstaan van het plan Verborgen Valleien. De eerste ideeën voor dit plan zijn namelijk aangereikt door toenmalig mededirecteur van ARK Willem Overmars, in het Beneden-Geuldalplan, twintig jaar geleden. Met de hernieuwde aandacht van ARK voor zowel het Geuldal als de groeves is het cirkeltje nu weer rond.
Organisaties
Sibelco (voorheen Ankerpoort), ENCI, Provincie Limburg, Limburgs Landschap, Natuurmonumenten, Natuurbalans, Bureau Drift en Bureau Stroming.