U bent hier

BLOG: Terreingebruik wisenten Maashorst

5-11-2018|DOORARK Rewilding Nederland

Als afronding van mijn masteropleiding Forest and Nature Conservation aan de Wageningen Universiteit heb ik stage gelopen op de Maashorst. Het doel van deze stage was om kennis te maken met het onderzoeks- en werkveld buiten de universiteit. Tijdens mijn masteropleiding heb ik drie maanden veldwerk gedaan in een natuurreservaat in Zuid-Afrika, iets waar ik ontzettend veel van genoten en geleerd heb. Toen ik terugkwam in Nederland wilde ik erg graag een vergelijkbare stage vinden, waarbij ik onderzoek kon combineren met veldwerk. Tot mijn verrassing bleek ARK Natuurontwikkeling een bijzonder project te hebben, waarbij een kudde wisenten bestudeerd wordt op de Maashorst.

De Maashorst is een oeroud en uniek natuurgebied in Noord-Brabant, dat beheerd wordt door een samenwerking tussen ARK Natuurontwikkeling, Staatsbosbeheer, FREE Nature, verschillende gemeenten en vrijwilligersorganisaties. Deze organisaties hebben de handen ineen geslagen om de wisent, ook wel bekend als de Europese bizon, in dit gebied te introduceren. Deze imposante grazer was in de vorige eeuw bijna uitgestorven, maar met behulp van een intensief fokprogramma en herintroducties heeft de soort zich hersteld. Wisenten kwamen lange tijd alleen voor in bossen in Oost-Europa, maar ze worden steeds meer uitgezet in landen zoals Nederland, Frankrijk en Duitsland. Hierdoor doet zich een unieke kans voor om hun gedrag en selectie van biotopen te kunnen bestuderen. Met behulp van studenten van verschillende universiteiten en hogescholen wordt de kudde het hele jaar door gevolgd en geobserveerd.

Observeren van wisenten. Foto: Marijn Wieriks
Observeren van wisenten. Foto: Marijn Wieriks

Mijn eigen onderzoek heeft zich met name gericht op de verschillende biotopen die het jaar door geselecteerd worden, en hoe de dieren zich hierin gedragen. In totaal heb ik 3135 observaties geanalyseerd, over een periode van september 2017 tot en met juni 2018. Tijdens deze observaties selecteerden wisenten voornamelijk natuurgrasland om in te foerageren. Daarnaast hadden ze in de winter een voorkeur voor open biotopen, en in de zomer voor dichtere biotopen. Tot slot zijn wisenten minder actief in de winter dan in de zomer, omdat ze in de winter voornamelijk bezig zijn met het zoeken naar geschikt voedsel. Al met al wijzen mijn resultaten er op dat de wisent bijzonder flexibel is in het gebruik van het landschap, en passen ze hun selectie en gedrag aan afhankelijk van de omstandigheden waarin ze zich bevinden. Dit laat zien dat er in Nederland mogelijk ook andere geschikte gebieden zijn waar wisenten in de toekomst uitgezet kunnen worden.

De periode dat ik veldwerk deed was in een van de droogste jaren die Nederland ooit heeft meegemaakt. Ik vond het dan ook fascinerend en bijzonder om te zien hoe de kudde hierop reageerde en hoe ze hun gedrag aanpasten aan bijvoorbeeld de geboorte van de kalfjes. Voor mij is de Maashorst een mooi voorbeeld van hoe de samenwerking tussen natuurorganisaties, gemeenten en vrijwilligers kan leiden tot een mooi natuurgebied dat erg in trek is bij recreanten. De toewijding en passie van de vrijwilligers voor hun erfgoed en de bijzondere kudde wisenten heeft me geïnspireerd.

Marijn Wieriks
Masterstudent Forest and Nature Conservation, Wageningen Universiteit